De bedoeling van het spel Phase 10 is om in 10 stappen (fases) het spel te winnen. Per ronde moeten er combinaties gemaakt worden van kaarten (fasen). De combinaties worden per fase moeilijker. Een ronde is afgelopen is als je fase hebt gemaakt en je de resterende kaarten hebt weggelegd. Heb je voor het einde van de ronde je fase nog niet gemaakt moet je het de ronde erna opnieuw proberen. Wie als eerste de 10 fases heeft afgerond is de winnaar van het spel.
Zorg voordat het spel begint dat de twee kaarten met daarop de 10 verschillende fasen op tafel liggen zodat alle spelers deze kunnen zien. Iedere speler ontvangt 10 kaarten van de gever met de afbeelding naar beneden. Iedere speler mag zijn eigen kaarten bekijken. De rest van de kaarten kunnen op de pakstapel. Draai vervolgens de bovenste kaart van de pakstapel om en leg deze naast de stapel, dit wordt de aflegstapel.
Het kaartspel Phase 10 bestaat uit 110 kaarten;
De speler die aan de beurt is volgt 4 stappen;
Als een speler aan de beurt is kan deze een fase leggen. Een fase is een combinatie van kaarten die bestaat uit sets, reeksen, kaarten van dezelfde kleur of een combinatie van sets en reeksen.
Wanneer een speler een fase neerlegt dienen de kaarten van de fase met de afbeelding omhoog op tafel neergelegd te worden. Per ronde mag er één fase neergelegd worden.
Sets
Een set bestaat uit twee of meer kaarten met dezelfde waarde, in elke kleurencombinatie.
Reeks
Een reeks bestaat uit vier of meer kaarten in opeenvolgende volgorde, in elke kleurencombinatie.
Dezelfde kleur
Kaarten dienen allemaal dezelfde kleur te hebben maar hoeven niet opeenvolgend te zijn.
Fase 1 | 2 sets van 3 | AAA + BBB |
Fase 2 | 1 set van 3 + 1 reeks van 4 | AAA + ABCD |
Fase 3 | 1 set van 4 + 1 reeks van 4 | AAAA + ABCD |
Fase 4 | 1 reeks van 7 | ABCDEFG |
Fase 5 | 1 reeks van 8 | ABCDEFGH |
Fase 6 | 1 reeks van 9 | ABCDEFGHI |
Fase 7 | 2 sets van 4 | AAAA + BBBB |
Fase 8 | 7 kaarten met dezelfde kleur | [x][x][x][x][x][x][x] |
Fase 9 | 1 set van 5 + 1 set van 2 | AAAAA + BB |
Fase 10 | 1 set van 5 + 1 set van 3 | AAAAA + BBB |
Tijdens het spel kun je gebruik maken van jokers. Een keuzekaart/joker kan zowel ingezet worden als getal dan als kleur. Je mag zoveel jokers gebruiken per fase als je wilt zolang er minimaal één genummerde kaart wordt neergelegd. De joker kan niet uit een fase worden gehaald tijdens het spel als deze op tafel ligt. Indien de eerste kaart op de aflegstapel een joker is mag de speler die begint deze pakken.
In het spel Phase 10 zitten in totaal 8 jokers. Dit worden ook wel de keuzekaarten genoemd. Een joker kan zowel worden ingezet als getal dan als kleur om een fase te behalen.
De duur van het spel is afhankelijk hoe snel alle spelers hun fasen hebben uitgelegd. Als een speler alle 10 fasen heeft neergelegd is het spel afgelopen. Dit kan soms wel langer dan een uur duren. Hoe lang het spel duurt is afhankelijk van hoeveel personen er mee spelen.
Om te beginnen krijgt elke speler 10 kaarten. Vervolgens is de bedoeling om die kaarten zo snel mogelijk weg te spelen door fasen te maken en aan te leggen op tafel bij verschillende fasen.
Pestkaarten dienen, er zoals de naam al doet vermoeden, voor om een andere speler te pesten of wel te benadelen. Wanneer er een pestkaart wordt gespeeld moet de speler die deze krijgt een beurt overslaan. Tijdens een beurt mag een speler een pestkaart vóór een andere speler leggen (niet op de aflegstapel). Zijn/haar beurt is dan vervolgens voorbij als deze kaart gespeeld is. Een pestkaart mag nooit van de aflegstapel gepakt worden. Wanneer de speler die een beurt over moet slaan aan de beurt is legt deze alleen de pestkaart op de aflegstapel en de beurt is voorbij. Een pestkaart mag ook niet worden gebruikt bij het maken van een fase. Als de eerst kaart op de aflegstapel een pestkaart is moet de eerste speler een beurt overslaan. Als een speler al een pestkaart voor zich heeft mag er niet nog een pestkaart tegen deze speler worden gespeeld.
Zodra je je fase op tafel hebt gelegd mag je kaarten aanleggen bij fasen van andere spelers. Als je vervolgens al je kaarten kwijt bent is de zonde voor iedereen afgelopen. Bij het aanleggen zijn een aantal regels van belang:
Wanneer je klaar bent is de beurt voorbij en leg je een kaart op de aflegstapel met de afbeelding omhoog. De volgende speler is nu aan de beurt.
Zodra je een fase hebt gehaald mag je kaarten aan de andere fasen op tafel leggen. De bedoeling is om zo snel mogelijk alle kaarten uit je hand weg te spelen. De speler die als eerste alle kaarten heeft weggespeeld is de winnaar van de ronde. Zodra iemand uit is (alle kaarten weggespeeld) is de ronde afgelopen. Spelers die dan nog niet hun fase hebben gehaald kunnen dit de ronde er na nog een keer proberen. Elke speler telt de overgebleven punten in zijn/haar hand.
Hoe minder kaarten je over hebt tijdens een ronde, hoe beter. Als de ronde afgelopen is telt iedereen de punten. De winnaar van de ronde krijgt nul punten. Hoe minder punten, hoe beter. De andere spelers krijgen punten voor alle kaarten die ze nog in hun hand hebben.